De 80 jarige oorlog (formeel: Tachtigjarige Oorlog) is een belangrijke periode in de geschiedenis van Nederland. Het was de tijd waarin de Nederlandse gewesten zich losmaakten van de Spaanse overheersing en een eigen republiek stichtten. Maar wat was de aanleiding voor deze opstand? En hoe verliep de oorlog?
Dit artikel is geschreven op basis van historische bronnen. We geven u een overzicht van de belangrijkste gebeurtenissen en thema’s van de Tachtigjarige Oorlog, met natuurlijk speciale aandacht voor de rol van belastingen.
Aanleiding 80 jarige oorlog: Extra belastingen en kettervervolging
De Nederlandse gewesten maakten in de zestiende eeuw deel uit van het grote Habsburgse Rijk, dat geregeerd werd door keizer Karel V en later door zijn zoon Filips II. Deze vorsten waren katholiek en wilden hun geloof opleggen aan al hun onderdanen. Ze voerden een strenge kettervervolging tegen de protestanten, die zich afzetten tegen de macht en de leer van de katholieke kerk. De protestanten werden gezien als ketters, die vervolgd, gemarteld en gedood werden door de inquisitie.
Naast de religieuze onderdrukking, hadden de Nederlandse gewesten ook te lijden onder de economische uitbuiting door Spanje. Filips II had veel geld nodig om zijn oorlogen te financieren, vooral tegen Frankrijk en Turkije. Hij verhoogde daarom de belastingen in de Nederlanden, zonder rekening te houden met de wensen en belangen van de lokale bevolking.
Een van de meest gehate belastingen was de tiende penning, een soort omzetbelasting van 10% op alle verkopen. Deze belasting zou een ramp betekenen voor de bloeiende handel en nijverheid in de Nederlanden.
De Nederlandse edelen, steden en gewesten kwamen in verzet tegen het beleid van Filips II. Ze eisten meer inspraak in het bestuur, meer godsdienstvrijheid en minder belastingdruk. Ze stuurden brieven en smeekschriften naar Filips II, maar die bleef doof voor hun klachten. Hij stuurde zijn trouwe legeraanvoerder, de hertog van Alva, naar de Nederlanden om orde op zaken te stellen.
De opstand: beeldenstorm, watergeuzen en Willem van Oranje
De komst van Alva deed de vlam in de pan slaan. In 1566 brak er een grote beeldenstorm uit in de Nederlanden, waarbij protestanten kerken en kloosters plunderden en vernielden. Alva reageerde met harde repressie: hij richtte een speciale rechtbank op, die bekend werd als de Bloedraad, om duizenden ketters te veroordelen tot de dood of verbanning. Hij voerde ook de tiende penning in, ondanks het hevige verzet van de steden.
Deze maatregelen leidden tot een openlijke opstand tegen Spanje. Een groep rebellen, die zichzelf watergeuzen noemden, begon een guerrillaoorlog op zee en aan land. Ze vielen Spaanse schepen en forten aan en veroverden verschillende steden langs de kust. In 1572 namen ze Den Briel in, wat het begin was van het ontstaan van een onafhankelijke staat in het noorden: Holland.
De leider van deze staat was Willem van Oranje, een edelman die oorspronkelijk trouw was aan Filips II, maar die zich later aansloot bij het verzet. Willem van Oranje wordt gezien als de vader des vaderlands, omdat hij probeerde alle Nederlandse gewesten te verenigen tegen Spanje. Hij was ook een voorstander van godsdiensttolerantie: hij wilde dat iedereen vrij was om zijn eigen geloof te belijden.
Willem van Oranje had echter veel tegenstanders, zowel binnen als buiten zijn eigen kamp. De calvinistische gewesten Zeeland en Holland wilden bijvoorbeeld alleen godsdienstvrijheid voor calvinisten, terwijl andere gewesten een veel bredere regeling wilden. Bovendien had Willem van Oranje te maken met een machtige vijand. Dat was de Spaanse generaal Alexander Farnese, beter bekend als de hertog van Parma. Parma was een briljant strateeg, die erin slaagde om veel steden en gebieden in het zuiden te heroveren voor Spanje. Hij wist ook de Nederlandse gewesten te verdelen in twee kampen: de katholieke en loyale gewesten in het zuiden. De loyale gewesten zouden later de Zuidelijke Nederlanden of België zouden worden. De protestantse en opstandige gewesten in het noorden zouden later de Noordelijke Nederlanden of Nederland worden.
In 1584 werd Willem van Oranje vermoord door een fanatieke katholiek, Balthasar Gerards. Dit was een grote klap voor de opstand, maar niet het einde. De zoon van Willem van Oranje, Maurits, nam het leiderschap over en zette de strijd voort. Hij kreeg daarbij steun van andere Europese landen, vooral Engeland en Frankrijk, die ook in oorlog waren met Spanje.
80 jarige oorlog: Bestand, hervatting en vrede
De oorlog tussen Spanje en de Nederlanden duurde nog tientallen jaren voort, met wisselende successen voor beide partijen. In 1609 werd er een wapenstilstand gesloten, die twaalf jaar zou duren. Dit werd het Twaalfjarig Bestand genoemd. Tijdens deze periode probeerden de partijen te onderhandelen over een definitieve vrede, maar dat mislukte. De belangrijkste twistpunten waren de godsdienstvrijheid, de handelsrechten en de erkenning van de onafhankelijkheid van de Noordelijke Nederlanden.
In 1621 werd de oorlog hervat, met nieuwe spelers en nieuwe uitdagingen. De Noordelijke Nederlanden werden nu geregeerd door stadhouder Frederik Hendrik, de jongste zoon van Willem van Oranje. Hij was een bekwaam militair, die veel vestingen veroverde op Spanje. Hij werd echter tegengewerkt door de politieke leiders in Holland, die meer belang hechtten aan handel dan aan oorlog. Zij wilden liever vrede sluiten met Spanje dan hun gebied uitbreiden.
Spanje had ondertussen ook te maken met andere problemen. Het land was verwikkeld in een grotere Europese oorlog, de Dertigjarige Oorlog, waarbij het streed tegen protestantse landen als Zweden en Duitsland. Het land had ook te kampen met opstanden in Portugal en Catalonië, die zich wilden afscheiden van het Spaanse Rijk. Bovendien was het land financieel uitgeput door de vele oorlogen en belastingen.
Deze factoren maakten dat Spanje uiteindelijk bereid was om vrede te sluiten met de Noordelijke Nederlanden. In 1648 werd er een verdrag getekend in Münster. Dit verdrag was onderdeel van de Vrede van Westfalen, die een einde maakte aan de Dertigjarige Oorlog. Het Verdrag erkende officieel de onafhankelijkheid van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, die bestond uit Holland, Zeeland, Utrecht, Gelderland, Overijssel, Friesland en Groningen. Ook regelde het verdrag dat beide partijen vrij handel konden drijven in elkaars gebieden en dat er godsdienstvrijheid zou zijn voor katholieken in de Republiek en voor protestanten in Spanje.
Einde 80 jarige oorlog: Een nieuwe natie en een nieuw tijdperk
De Tachtigjarige Oorlog was meer dan alleen een strijd om vrijheid en belastingen. Het was ook een strijd om identiteit en cultuur. De oorlog schiep een nieuwe natie: de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. De nieuwe Republiek onderscheidde zich van Spanje en andere Europese landen door haar politieke structuur, haar religieuze tolerantie en haar economische dynamiek.
De Republiek was geen monarchie, maar het soort republiek waarbij de macht verdeeld was over de zeven gewesten, die elk hun eigen staten en stadhouders hadden. De Republiek was ook een van de eerste landen die godsdienstvrijheid toestond, althans voor de erkende protestantse stromingen. De katholieken en andere minderheden werden wel gedoogd, maar hadden niet dezelfde rechten en privileges als de protestanten. De Republiek was tenslotte een handelsnatie, die dankzij haar vloot en haar compagnieën een wereldwijde invloed had op de economie en de politiek.
De 80 jarige oorlog markeerde ook het begin van een nieuw tijdperk: de Gouden Eeuw.
De Gouden Eeuw en Belastingen
Dit was een periode van bloei en welvaart voor de Republiek, die zich uitte in kunst, wetenschap, literatuur en filosofie. Namen als Rembrandt, Vermeer, Huygens, Spinoza en Vondel zijn nog steeds bekend en bewonderd over de hele wereld. De Gouden Eeuw was echter niet alleen een tijd van glorie en rijkdom, maar ook van oorlog en strijd, zowel intern als extern. De Republiek moest haar onafhankelijkheid en haar belangen verdedigen tegen andere mogendheden, zoals Engeland, Frankrijk en Zweden. Ook moest de Republiek omgaan met sociale en politieke spanningen, zoals het conflict tussen de Oranjegezinden en de Staatsgezinden, de opstand in de koloniën en de armoede en ongelijkheid onder de bevolking.
Aan de andere kant waren de belastingen ook een bron van inkomsten en welvaart voor de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, die ontstond na de Unie van Utrecht in 1579. De Republiek hefte vooral convooien en licenten, een soort in- en uitvoerrechten, die gebruikt werden om de handel en de marine te beschermen. Daarnaast hefte de Republiek ook accijnzen op eerste levensbehoeften, zoals wijn, zout, koffie en thee. Deze belastingen maakten het mogelijk dat de Republiek een rijk en welvarend land werd, dat de hele wereld over voer om handel te drijven in specerijen, zijde, suiker, walvisspek en andere producten. De 17e eeuw werd daarom bekend als de Gouden Eeuw voor Nederland. De naam “Gouden Eeuw” staat tegenwoordig binnen bepaalde kringen ter discussie.
Afsluiting
De Tachtigjarige Oorlog is een complex en fascinerend onderwerp, dat natuurlijk veel meer omvat dan alleen een strijd om vrijheid en belastingen. Het is een verhaal van helden en schurken, van idealen en compromissen, van winst en verlies. Ook is het een verhaal dat nog steeds relevant is voor het heden, omdat het laat zien hoe een klein land zich kon ontwikkelen tot een grote mogendheid, maar ook hoe het moest omgaan met de uitdagingen en problemen die dat met zich meebracht. Het is een verhaal dat u kunt ontdekken door meer te lezen over de 80 jarige oorlog of door een bezoek te brengen aan een van de vele musea, monumenten of evenementen die aan deze periode gewijd zijn.